Tijd voor een nieuw economisch perspectief

Corona confronteert ons keihard met de instabiliteit en de kortzichtigheid van ons overspannen economisch systeem. Twee voorbeelden van de afgelopen week maken de consequenties van onze excessieve oriëntatie op financiële waarde en daarmee de kwetsbaarheid van ons systeem op pijnlijke wijze duidelijk.

Gisteren verscheen in de Telegraaf een artikel met volgende kop en aanhef: “Vapiano bijna failliet. BONN – De Duitse restaurantketen Vapiano, die een tiental vestigingen in Nederland heeft, is bijna bankroet na een stevige omzetdaling vanwege de uitbraak van het nieuwe coronavirus. En natuurlijk is dat vervelend. Vervelend voor de medewerkers, voor de klanten en voor de eigenaren. Maar het geeft ook te denken. Vapiano heeft vooral restaurants in Duitsland. Dit land is vooralsnog beperkt getroffen door het virus. De horeca heeft sinds een kleine week te maken met beperkingen (open tot maximaal 18.00 uur). Kortom, Vapiano heeft sinds een week te leiden van het virus. En na een week staat die onderneming dan aan de rand van faillissement. En Vapiano is niet de enige. Er wordt gesproken en geschreven over het aanstaande faillissement van retailketens in onze winkelstraten (supermarkten uitgesloten maar daarover straks meer), de staat moet ingrijpen bij Air France KLM en ga zo maar door. Een wereldwijde tsunami aan faillissement bereikt op korte termijn onze kusten. Natuurlijk leven we onder barre omstandigheden waarbij de totale wereldeconomie zo min of meer is stil komen te staan. Maar om dan binnen een week tot tien dagen tegen faillissement aan te hangen is wel heel erg snel. Het bewijst éen ding: in haar niet aflatende honger naar rendement, efficiëntie en groei laat ons economisch systeem geen ruimte voor speelruimte. Voor vet op de botten. Voor incasseringsvermogen. Eenzijdig economisch streven naar meer winst en rendement snijdt keihard in de weerbaarheid en de stabiliteit van bedrijven en daarmee het gehele economische systeem.

Maar dat is slechts éen kant van de medaille. Want niet alleen laat de afgelopen week zien dat onze excessieve economische oriëntatie geen rekening houdt met de voor weerbaarheid zo noodzakelijke reserves. Ze laat tevens zien hoe kortzichtig ons economisch systeem is. Het zal niemand ontgaan zijn dat de beurzen het de afgelopen week zwaar te verduren hadden. Logisch want onzekerheid vertaalt zich altijd in koersneergang, vooral wanneer die onzekerheid raakt aan de fundamentele waardering van een bedrijf. Maar wie waren in alle beursmalaise de grote stijgers de afgelopen week? De supermarktketens. Niet in alle landen ter wereld in gelijke mate maar een positieve trend op een negatieve markt was duidelijk waarneembaar. Redenatie achter de stijging van koersen: omzetstijging. Hamsteromzetstijging wel te verstaan. “Omzetten beter dan Kerst”, klonk het uit vele monden. Maar hamsteren is uitgestelde consumptie. Dat betekent dat de extra omzet die nu gerealiseerd wordt in de komende periode komt te vervallen. Geen consumptie-dip, want de consument eet de aangelegde voorraden op, maar wel een omzet-dip. En daarmee heeft hamsteromzetstijging geen enkel verband met de lange termijn fundamentele waarde van een supermarktketen en mag ze niet de basis zijn van koersstijging. De beurs als uiting van ons economisch systeem is kortzichtig. Wie dat nog eens wil nazien bekijkt vooral: The Big Short, een film over de aanloop naar de financiële crises van 2008.

Als het Corona virus, net als de financiële crises van 2008, ons éen ding leert dan is het dat we de uitgangspunten van ons economisch systeem en ons economisch denken drastisch moeten herzien. Van instabiel en kortzichtig naar stabiel en constructief. Van rendement naar reserve, van winst naar welzijn en van kortzichtig naar kansrijk.

 

Tijd voor waarachtigheid